De paradox van de situatie
De paradox is dat Trump aan de macht geholpen is door een anti-elite-beweging van voorheen Democratische en voorheen Republikeinse stemmers.
De Republikeinse elite die de maatregelen van Obama geblokt hebben, krijgen voor straf een Republikeinse President, waar een deel van de partij geen zin in heeft. Wat nu?
Geen integratie van sociale lagen maar klasse-conflict
Het gaat in deze niet om een tegenstelling tussen een rechtse elite met achterban versus een meer sociale elite met achterban. Het gaat dus niet om twee ‘zuilen’ die de verschillende sociale lagen integreren tot een werkbare politieke wil. Versta mij goed, ik ben er niet voor dat de elite van een zuil de massa overstemt. Maar ik ben wel voor een goed werkende zuil die de stem van de massa integreert. Het gaat hier om mensen die in de knel zitten aan de onderkant tegenover een politieke en economische elite. Het is eerder een verticaal klasse-confliku dan een horizontaal conflict.
Het falen van Democraten en Republikeinen
Trump heeft, samen met Sanders, de massa meer stem gegeven. De linkse en rechtse krachten die aan de onderkant aan het koken zijn, zouden op een hoger niveau geïntegreerd moeten worden. De partijen hadden dat moeten doen. Maar die hebben daar beide in gefaald. Dat heeft Trump aan de macht gebracht.
Democratisch stelsel polariserend, niet integrerend
Maar moet verticale integratie afhankelijk zijn van de werking van partijen als er zoveel van afhangt? Is er een stelsel denkbaar waar niet de partijen daarvoor zorgen, maar dat het stelsel zelf deze integrerende werking produceert. Daarom is het gesprek over een stelsel dat daar wel voor zorgt van groot belang. Daar komt bij dat referenda gevaarlijke lapmiddelen zijn! Dat maakt het gesprek over ‘Crowdocracy’ / of ‘Massacratie’ ook zo urgent. (Zie Massacratie Deel 1. en Massacratie Deel 2.) Hoe zou een stelsel er uit zien, dat een vorm van toewijzing van macht en autoriteit kent, dat de intelligentie van de massa aan de praat kan krijgt, zodat deze integreert tot een overstijgende en werkbare politieke wil.
Het falen van de democraten
De Democratische partij zou hebben moeten opkomen voor de terechte anti-elite elementen die in de campagne van Sanders geadresseerd werden. Ze hadden hem moeten promoveren en opwaarderen tot ‘Presidentieel’. Dat was een integrerende beweging geweest. Het steunen van Clinton door Sanders betekende helaas het einde van deze integrerende mogelijkheid.
Het prettige van de situatie
Hoewel zowel de Republikeinse als de Democratische partij nu verticaal gepolariseerd zijn in een elite en een ontevreden massa, kunnen de democraten deze splitsing nu gaan inboeken, zonder dat ze aan de macht zijn. Dat is ook een luxepositie.
De Republikeinen mogen het nu zelf uitvechten
De Democratische en Republikeinse elite heeft een opstandige bevolking in het leven geroepen, waar Trump nu de stem van is geworden. Maar hij is president vanuit de Republikeinse partij, waarvan de elite in de eerste plaats het probleem veroorzaakte.
Die partij staat nu onder een verticale spanning tussen een rechtse populistische vleugel, gesteund door de ontevreden onderkant van de samenleving en een rechtse elite-vleugel. Hoe kan dat in één partij zitten? De Republikeinen mogen dit nu in eigen gelederen uitzoeken terwijl ze juist wel aan de macht zijn. Niet echt een luxepositie.
Een nieuwe partij?
Als de Democratische en de Republikeinse partij hun verticaal integrerende krachten niet succesvol weten in te zetten krijgen we vast een nieuwe partij. Ook een fris idee trouwens. Maar wat voor partij dat zou kunnen worden zien we in West Europa.
Moedige analyse. Het tragi-komische is dat de antwoorden op de (gewenste) verhoudingen van nu rond partij – massa en horizontaal – verticaal ook voor de oorlog al gegeven en beschreven werden. Weliswaar in een geheel andere historische situatie. Ik herlees daarom soms Niccolo Machiavelli en Antonio Gramsci, beste Mauk! 1 Inzicht kan ik in dit korte bestek niet voor me houden: waar leiderschap draait niet slechts om verovering en behoud van de macht, maar vooral om de actieve, collectieve inzet van de overtuiging – en dan niet instrumenteel maar vanuit doorleefde en doorvoelde ervaring en solidariteit met de verdrukten. Wij noemden dit ooit “de culturele factor” – weet je nog,
Mauk? Chau man (met enige weemoed)! 😉
Beste Reinout,
Dank je wel voor je reactie. Interessante vraag waar het leiderschap in de huidige context aan moet voldoen.
Vroeger spraken we over de organische intellectueel, die de integrerende functie vervulde. Een mooi, maar verouderd woord. Maar wat zou nu een goede update zijn voor dat begrip, nu de structuren geen soelaas meer bieden?
Beste Mauk en Reinout,
Mijn pleidooi is om liefdevol politiek leiderschap te versterken. Gelukkig zijn in elk land liefdevolle politieke leiders te vinden. Zie mijn recente publicatie daarover >>
Hartelijke groet
Beste Koert,
Dank je wel voor het delen van je boek.
Je hebt veel werk verricht waarin je het persoonlijke en het politieke aan elkaar verbindt. Wat voor persoonlijk leiderschap heeft een politicus minimaal nodig om een liefdevolle en betrouwbare leider te zijn?
Je boek geeft daar veel aanwijzingen voor. In deze tijd is hier iedereen in geïnteresseerd lijkt mij.
Dank je wel!